Verschillende borsten vragen om verschillend bevolkingsonderzoek
Vrouwen met zeer dicht borstweefsel (dense borsten, 8% van de vrouwen) hebben baat bij aanvullend onderzoek na de twee jaarlijkse mammografie. Borstkankervereniging Nederland heeft op 9 augustus een brief gestuurd aan minister Kuipers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport als reactie op het besluit van de minister om het aanvullende onderzoek nog niet in te voeren.
Bij vrouwen met zeer dicht borstweefsel kan een gewone mammografie -zoals bij het bevolkingsonderzoek- niet alles goed zien. Zij hebben meer baat bij een MRI-scan of een CEM-meting (mammografie met contrastvloeistof). De minister heeft aangegeven dat er meer onderzoek moet komen voordat er een keuze gemaakt kan worden. Dit op basis van een rapport van de Gezondheidsraad en KPMG (beiden te vinden via de links bij de Tweede Kamerstukken), terwijl Europese richtlijnen het nut van aanvullend onderzoek al aangeven.
Het onderzoek door de minister hierin om tot een juiste keuze en dus behandeling voor deze vrouwen te komen kan wel 6 jaar duren. Dit is te lang en daarom willen we met de minister om de tafel en hebben we een tussenoplossing voorgesteld: geef iedere vrouw bij de screening ook informatie over wat voor soort borsten zij heeft en of zij dense borsten heeft. Hiermee kunnen vrouwen zelf regie nemen en overwegen om een ander soort onderzoek aan te vragen bij twijfels.
Lees hier de hele brief.