Drie nominaties voor BVN Jonge Borstkanker Onderzoekers Stimuleringsprijs

Carmen van Dooijeweert, Petros Kalendralis en Noor Wortelboer zijn de drie genomineerden voor de Jonge Borstkanker Onderzoekers Stimuleringsprijs. Borstkankervereniging Nederland (BVN) ontving tien prachtige inzendingen voor deze prijs. Na een zorgvuldig beoordelingsproces presenteren wij hier de drie genomineerden.  

BVN vindt het belangrijk dat er onderzoek wordt gedaan naar de optimale zorg bij borstkanker. Hiervoor heeft BVN in 2023 de borstkankeronderzoeksagenda opgesteld en is nu de prijs in het leven geroepen. Daarnaast is het doel van de prijs om jonge onderzoekers te stimuleren om binnen het borstkankeronderzoeksveld te blijven werken. 

De winnaar wordt bekend gemaakt op 25 mei tijdens de BVN Ontmoetingsdag, waarbij de genomineerden kort zullen vertellen over hun inzending.

Carmen van Dooijeweert, UMC Utrecht

Borstkanker is een ziekte die ik meermaals van dichtbij heb meegemaakt. Een ziekte die velen treft (vrouwen én mannen, jong én oud) en een ziekte die grote impact heeft op de patiënt én op de omgeving. 

Mijn onderzoek richt zich op vrouwen met borstkanker tijdens en kort na de zwangerschap, zwangerschapsgeassocieerde borstkanker (PABC) genoemd. Deze diagnose wordt in Nederland bij 100-200 vrouwen per jaar gesteld, een kleine groep, maar de diagnose treft patiënten in een cruciale fase van hun leven.  Door gebruik te maken van de landelijke pathologie database (PALGA) en de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) hebben we bijna 800 patiënten geïdentificeerd. Daaruit blijkt dat PABC-patiënten, in vergelijking met niet-zwangere borstkanker patiënten van dezelfde leeftijd, vaker triple negatieve en graad III tumoren hebben, wat zich vertaalt in een slechtere overleving. Ook hebben wij aangetoond dat er daarbij verschillen bestaan tussen de trimesters waarin de diagnose is gesteld. Van 200 van deze patiënten hebben we tumorweefsel, waarmee we o.a. kijken naar de genetische samenstelling van de tumor en de rol van het immuunsysteem. Want de vraag waarom deze vrouwen kanker krijgen tijdens de zwangerschap en waarom we daarbij vaker agressievere kenmerken zien, is nog nooit beantwoord. Naast wereldwijde en multidisciplinaire samenwerking, is samenwerking mét patiënten voor ons een belangrijke pijler voor vervolgonderzoek. Want ook al is de prognose voor vrouwen met borstkanker verbeterd, de impact van de diagnose blijft groot.

Noor Wortelboer, Erasmus MC

Mijn droom is dat elke borstkankerpatiënt in Nederland de allerbeste behandeling krijgt en hierdoor zo lang mogelijk leeft met een goede kwaliteit van leven. 

Dit kunnen we alleen maar bereiken door wetenschappelijk onderzoek. Ik ben dan ook ontzettend trots dat ik me hier volledig voor kan inzetten binnen de SONIA-studie. In deze landelijke studie hebben we bij ruim 1.000 patiënten met uitgezaaide borstkanker onderzocht wat het beste moment is om CDK4/6-remmers toe te voegen aan de endocriene therapie. We hebben aangetoond dat CDK4/6-remmers net zo effectief zijn wanneer je deze later toevoegt. Dit bespaart de patiënten veel bijwerkingen en ziekenhuisbezoeken. Gaandeweg de studie viel het me op dat veel patiënten in de studie zijn bestraald. Maar kan je de behandeling met CDK4/6-remmers veilig continueren tijdens bestraling? Of leidt deze combinatie tot meer toxiciteit? Hier is nog weinig over bekend. Dit is een belangrijke vraag die we binnen de SONIA-studie willen beantwoorden door bestaande data uit de studie aan te vullen met ook de minder ernstige (laaggradig) opgetreden toxiciteit.

Het zou prachtig zijn als we zo een definitief advies kunnen geven over het wel of niet stoppen van CDK4/6-remmers tijdens bestraling. 

Petros Kalendralis, Maastricht University

Elke dag word ik geïnspireerd door de veerkracht en moed van borstkankerpatiënten. Ze laten me zien hoe zwaar het fysiek en emotioneel een diagnose is voor hen en hun naasten. Ze moedigen me aan om de ziekte beter te willen begrijpen, om innovatieve aanpakken te ontwikkelen, om overleving te bevorderen, om behandelingen minder ingrijpend te maken en op den duur bij te dragen aan een toekomst zonder bedreigende borstkanker. 

Mijn werk focust zich op artificiële intelligentie (AI) bij radiotherapie en het gebruik bij behandelingen. Daarbij richt ik mij ook op het gebruik van resultaten in de dagelijkse parakijk. Vanuit grote databestanden, bijvoorbeeld mammografieën of scans na radiotherapeutische behandelingen, kunnen er naar verwachting in de toekomst steeds betere voorspellingen worden gedaan over behandelingen. De ontwikkelingen van AI gaan snel en de toepassingen zullen alleen maar toenemen. De kwaliteit van de radiotherapeutische behandelingen zal hierdoor toenemen. Ik hoop een model te kunnen ontwikkelen voor kunstmatige intelligentie voor het voorspellen van pijn na radiotherapeutische behandeling. Dit kan alleen met behulp van patiënten en het testen in de praktijk.

Bericht gepubliceerd op 7 mei 2024